Paul Kuijt: "We doen ook ons uiterste best om het onpersoonlijke van online verkoop persoonlijk te maken."
Paul Kuijt: "We doen ook ons uiterste best om het onpersoonlijke van online verkoop persoonlijk te maken." (Foto: Els Broers)

Pontman Schoenen: Voor de echte speciaalzaak is altijd plek

Nieuws

Niet minder dan 95 jaar in de schoenen, waarvan 65 jaar gevestigd in de Breedstraat te Purmerend. Hoe Purmerends kan een bedrijf zijn? Pontman Schoenen dus, een meer dan gevestigde naam in winkelend Purmerend. 

De ‘oude heer’ Pontman was de grondlegger. De indertijd nog zeer jongeman Cees Kuijt kwam regelmatig bij Pontman over de vloer en verrichtte allerlei hand- en spandiensten. Na verloop van tijd kwam hij in de zaak. De eenmanszaak Pontman werd omgezet in een vof. Na verloop van tijd zette Cees Kuijt het bedrijf voort. Totdat hij in 1993 plotseling en veel te vroeg overleed. Zijn zoon Paul was toen al enige tijd in de zaak werkzaam, louter om zich te oriënteren. Hij had zichzelf vijf jaar gegeven om aan de weet te komen of de schoenenbranche iets voor hem kon zijn. Kon hij met zijn hbo-diploma marketing in de zaak zijn ei wel kwijt? Feitelijk kreeg Paul niet de tijd om zich volledig te oriënteren. Na het overlijden van zijn vader stond hij voor de keuze: stoppen of doorgaan. Hij koos voor het laatste en zit dus inmiddels ruim dertig jaar in de schoenen.

Vaste klanten op internet

Pontman is niet alleen verkoper van schoenen in de stenen winkel. Ook via het internet heeft Pontman zich weten te manifesteren als dé speciaalzaak in kwaliteitsschoenen. Paul Kuijt: “Onze verkoop via het internet beloopt ongeveer 25% van onze totale omzet. Klanten uit het hele land en ook relatief veel uit België kopen hun schoenen online bij ons. Bijzonder tevreden zijn we over de reviews en scoringscijfers. Onze internetklanten waarderen ons met een 9.4, een cijfer waar we reuze trots op zijn. We doen ook ons uiterste best om het onpersoonlijke van online verkoop persoonlijk te maken. In ieder pakketje gaat een handgeschreven kaartje van ons én een schoenlepel. We maken van de onpersoonlijke aanschaf een leuk cadeautje.”

Is de trend dat men steeds meer via het internet schoenen koopt?
“Eerlijk gezegd denk ik dat we langzamerhand een trend zien die juist weer meer richting de stenen winkels gaat”, aldus Paul. “De klant wil de schoenen zien, ruiken, passen. En vergis je niet: het wordt steeds onaantrekkelijker om online te kopen. De bezorgklachten zijn niet gering, het retourneren van spullen wordt steeds kostbaarder. Bovendien stellen veel consumenten de persoonlijke aandacht, het advies van de vakman of –vrouw op prijs.”

Eerlijk gezegd denk ik dat we langzamerhand een trend zien die juist weer meer richting de stenen winkels gaat

Opboksen tegen ketens

Kijkend naar de landelijke cijfers van de schoenenbranche zien we een krimpende markt. Waren er in vroeger jaren niet minder dan elf schoenwinkels in Purmerend, vandaag de dag telt de veel groter geworden stad slechts vijf schoenwinkels. En dan is Pontman de enige echte speciaalzaak. De andere schoenwinkels zijn immers onderdeel van landelijke ketens.

Hoe is het om als speciaalzaak te moeten opboksen tegen de grote ketens?
“Het grootwinkelbedrijf werkt veelal met een standaard assortiment”, zegt Paul. “We kennen onze klanten en kunnen goed inspelen op hun specifieke wensen. Bovendien – zo ervaren wij dat dagelijks – zal er altijd behoefte zijn aan mooie schoenen. Kwaliteit en stijl wordt door een bepaalde groep mensen gewaardeerd en ik verwacht dat de belangstelling voor de modieuze kwaliteitsschoen zal gaan toenemen. Wij zien bijvoorbeeld steeds vaker dat een aanstaande bruidegom die bij Deitmers Mannenmode een pak aanschaft naar ons doorloopt om daar mooie schoenen bij te kopen.”

Tekst loopt door onder afbeelding

pontman schoenen purmerend, retail, stadje tussen de polders
Paul Kuijt. (Foto: Els Broers)

Stabiel en betrouwbaar team 

“Bovendien, en daar ben ik hartstikke trots en reuze blij mee, beschik ik over een team van vaste medewerksters waarop ik kan bouwen. De collega’s werken om en nabij de 25 jaar bij ons, een uiterst stabiel en betrouwbaar team. Het geeft een heel goed gevoel dat wanneer ik bijvoorbeeld naar Milaan of Düsseldorf ben voor een beurs, het personeel letterlijk en figuurlijk op de winkel let.”

Voor het komende voorjaars- en zomerseizoen zal de trend toch weer sneakers en loafers zijn, maar de terugkeer van de geklede schoen is voor Paul Kuijt een zekerheidje.

Merken jullie al iets van de komst van de nieuwe parkeergarage?
Kuijt: “Nog niet zo heel veel. Ik hoor van klanten dat ze de garage mooi vinden, maar ook kostbaar. Tenslotte is € 1,80 per uur niet mis, al realiseer ik me dat op straat parkeren nog veel kostbaarder is. Ik vind wel dat men iets meer mag doen aan de bewegwijzering. Velen weten de garage nog niet te vinden. Ook de ontwikkeling op de Schapenmarkt volg ik nauwgezet. Het is te wensen dat het gemeentebestuur besluit dat onder het ‘beeldbepalende gebouw’ dat er moet komen ook voldoende parkeerruimte zal worden gerealiseerd. Voor het winkelende publiek zijn parkeervoorzieningen immers een bittere noodzaak. De overheid kan wel pleiten voor fietsen, carpoolen en openbaar vervoer, vooralsnog is de auto heilig en dat zal niet snel veranderen.”

Als er iets is in Purmerend dat jij zou mogen veranderen, wat zal dat dan zijn?
“Ik zou graag zien dat er in onze straat – de Breedstraat – een of meer foodwinkels komen. Dat geeft traffic en is voor iedereen aantrekkelijk”, geeft Paul aan. “En waar ik me soms zorgen over maak is de leegstand. Bovendien vrees ik dat er nog meer winkels ‘zo maar opeens’ sluiten. Onlangs is er door de gemeente een fraai bidbook gemaakt en ik hoop dat nieuwe ondernemers met ondersteuning van de matchmaker verleid worden een winkel in onze stad te openen.”

Hier en daar is er kritiek op de uiting ‘Purmerend, welkom in het stadje’. Deel jij die kritiek?
Kuijt: “Geenszins. Ik vind het een mooi logo en het ‘Stadje tussen de polders’ een vondst. Het centrum van onze stad duiden als ‘het stadje’ beschouw ik als vanzelfsprekend. Niet denigrerend, maar juist omarmend. Voor de meeste inwoners van onze stad is ‘de stad’ Amsterdam en daar is op zichzelf niks mis mee.”

De toekomst?
“Opvolgers heb ik niet. Mijn kinderen hebben andere interesses. Ik verwacht nog jaren hier door te gaan. Voorlopig heb ik nog veel plezier en voldoening van mijn winkel.”